De Werkvereniging op gesprek bij de SER

Roos Wouters Nieuws 2 Comments

Eind september waren wij, Danielle van Wieringen (voorzitter WV) en Roos Wouters (directeur WV), op gesprek bij Jacqueline Prins (algemeen secretaris, Sociaal Economische Raad) (SER), om te vertellen waarom wij vinden dat de Werkvereniging een zetel in de SER verdient.

De vragen die wij kregen, lagen voor de hand.

  • Hoeveel leden hebben wij? 
  • Waarom vinden wij dat onze stem ontbreekt in de SER?
  • En als de raad het nog te vroeg vindt voor de Werkvereniging om een zetel te bekleden, zien we dan ook andere opties om onze stem te laten horen?
  • Als de raad moet kiezen waarom zouden ze dan voor de Werkvereniging kiezen en niet voor de VZN?

Antwoord op de vraag hoeveel leden hebben wij

Het werd een geanimeerd gesprek waarin wij uitlegden dat de Werkvereniging geen ledenmodel heeft omdat we hebben gezien wat dit voor het FNV heeft gedaan en doet. Ooit trokken zij heel veel leden met het behartigen van de belangen van werknemers op de arbeidsmarkt. Inmiddels vormen deze leden een belemmering om als FNV te moderniseren omdat de leden willen vasthouden aan hun oude verworven rechten en hun lidmaatschap opzeggen als de FNV wil vernieuwen. We hebben als Werkverenging dan ook voor medestanders gekozen waarbij wij nooit actief hebben ingezet op werven van een groot ledenaantal. Wel hebben wij contact met de vele nieuwe aanbieders van oplossingen die inspelen op de behoeften van de Modern Werkenden.

Antwoord op de vraag waarom wij vinden dat onze stem ontbreekt in de SER?

Waarom wij toch denken dat wij representatief genoeg zijn om de stem van de Modern Werkenden in de SER te kunnen vertegenwoordigen? Wij volgen de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt al jaren op de voet en zien dat de huidige koers van de SER, waarbij men vooral poogt de Modern Werken in traditionele werkgevers en werknemers te veranderen, ertoe leidt dat de mensen met een slechte onderhandelingspositie steeds verder weg komen te staan van een positie die ze werk- en sociale zekerheid biedt. Dit terwijl wij voorzien dat de groep Modern Werkenden eerder toe dan af zal nemen in de toekomst. Daarbij richten wij ons als Werkvereniging op de gedeelde belangen op de arbeidsmarkt, waarbij we ons niet laten verleiden tot ‘wij’ versus ‘zij’ discussies. Wij richten ons op een hervorming van werk en zekerheid waarbij alle werkenden werk- en sociale zekerheid opbouwen los van de contractvorm. Deze visie ontbreekt nu.

Waarom we bij de SER aankloppen? Omdat wij als Werkvereniging eerst hebben geprobeerd om een nieuwe polder te creëren. Zo hebben we er zowel bij de huidige als de vorige minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op aangedrongen om ruimte aan een nieuwe polder te geven, naast de bestaande. Zo kan de traditionele polder opkomen voor de traditionele werkenden en de nieuwe polder voor de Modern Werkenden. Helaas hebben wij moeten concluderen dat de beide ministers dit te spannend vonden. Wat we ook probeerden, ze bleven de macht terug bij de SER leggen. Het is dan ook nooit onze ambitie geweest om een zetel in de SER te bemachtigen, maar na vier jaar van het kastje naar de muur gestuurd te zijn omdat de politiek evenals de media, alle macht bij de SER blijft leggen, kloppen we nu toch bij de SER aan om de vernieuwing van binnenuit aan te jagen.

Antwoord op de vraag of wij ook een andere rol binnen de SER zien

Jacqueline gaf aan dat niet alleen de ministers van sociale zaken ons spannend vinden. Ook de SER is nogal terughoudend om ons een plek te geven omdat wij, vrij vertaald, wel erg onafhankelijk zijn en geen blad voor de mond nemen. Daarom vroeg ze of wij, als het nog te vroeg is voor de raad om de Werkvereniging een zetel in de SER te geven, ook openstaan voor andere mogelijkheden? Wij lieten weten dat we openstaan voor een zetel in de Raad als Kroonlid. Op de vraag of wij ook bereid zijn om in commissies mee te praten, lieten wij weten dat we al genoeg doen aan netwerken en dat het ons niet om een stoel in het SER-gebouw te doen is maar om een zetel met de bijbehorende invloed in de SER en daarmee in de polder. Daarbij lieten we weten dat wij er begrip voor te hebben dat de SER ons spannend vindt maar vroegen ook meteen of het niet de hoogste tijd voor de SER wordt om eens uit haar comfortzone te komen. Als de raad tenminste haar afnemende draagvlak in de samenleving wil versterken? 

Antwoord op de vraag waarom de Werkvereniging in plaats van de VZN

Wij antwoordden dat de Werkvereniging en de VZN beide een zetel in de SER verdienen zodat wij, samen met FNV Zelfstandigen en PZO, de zeer verschillende zzp’ers en andere Modern Werkenden pas echt vertegenwoordigen. Want het is net als bij het aantal vrouwen dat nodig is om een cultuurverandering te weeg te brengen binnen een mannenbestuur. Pas wanneer je minimaal met 33% afwijkt van de norm, kan er een echte cultuurverandering plaatsvinden binnen een traditioneel werkgevers- en werknemersbastion. Maar als we dan echt gedwongen worden om te kiezen dan, zo lieten wij Jacqueline weten, kiezen we natuurlijk voor de Werkvereniging. Dit omdat de belangenbehartigers die samen de VZN hebben opgericht nooit waren gaan samenwerken zonder de reuring die de Werkvereniging heeft veroorzaakt.

Jacqueline eindigde het gesprek met de woorden dat ze ons een stuk minder spannend vond dan ze aanvankelijk had gedacht (dit met een brede grijns) en dat ze zowel naar ons geluisterd heeft als ons heeft gehoord, maar dat de raad over het advies aan de minister gaat. Dit advies zal pas in januari aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid worden verstrekt.

Ondertussen zien wij de discussie in de Raad over het advies of de Werkvereniging wel of geen zetel verdient in de SER als onze tweede overwinning. We zouden er graag bij zijn, als vlieg op de muur ;-). We wachten het met spanning af.

Comments 2

    1. Post
      Author

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *