Brief aan informateur Mariette Hamer

Roos Wouters Nieuws Leave a Comment

Beste mevrouw Hamer,

Op 12 mei ben je door de Tweede Kamer aangewezen als informateur om tot een nieuw kabinet te komen. Een verantwoordelijke opdracht. Zeker omdat er een paar stevige dossiers liggen te wachten: het herstel van vertrouwen tussen partijen en in de politiek; een herstelplan ten behoeve van de Corona-crisis en dan nog de andere uitdagingen die Nederland heeft. Zoals -een van de belangrijkste; de inrichting van de arbeidsmarkt. In deze brief attenderen wij je graag op oplossingsrichtingen en valkuilen ten aanzien van deze uitdaging in de hoop dat die ook meegenomen worden in het
coalitieakkoord.

Eindverslag Tjeenk Willink
In het eindverslag van informateur Tjeenk Willink wordt gesteld: “Uiteindelijk gaat het om de maatschappelijke problemen die opgelost moeten worden”. In het eindverslag wordt vervolgens duidelijk aangegeven dat: “Het coalitieakkoord aldus beperkt [blijft] tot oplossingen op hoofdlijnen voor duidelijk gedefinieerde en met feiten onderbouwde problemen met duidelijke doelen, een financieel kader en mogelijk enkele specifieke thema’s waarover partijen het niet op voorhand eens zijn, onder vermelding van de wijze waarop met die verschillen zal worden omgegaan.”

Dat is ook verwoord in de opdracht van de Tweede Kamer in de motie van de leden Kaag en Rutte die je hebt meegekregen: (…) mede op basis van het verslag van informateur Tjeenk Willink te inventariseren welke (andere) urgente, grote thema’s met voorrang moeten worden uitgewerkt ten behoeve van een regeerakkoord op hoofdlijnen (…) Als voorzitter van de SER én nu als informateur heb je de belangrijke taak gekregen om opnieuw en met een frisse blik te kijken naar de huidige inrichting van de arbeidsmarkt, knelpunten die daarbij ontstaan en de oplossingen die gezocht moeten worden. Wij helpen je daar graag bij.

Feiten
Om recht te doen aan de woorden van informateur Tjeenk Willink in je opdracht: “doelen en problemen zo precies mogelijk te definiëren en met feiten te staven, met de belemmeringen die aan het bereiken van dat doel of het oplossen van dat probleem in de weg staan”, heb ik enkele van deze
feiten op een rij gezet:

  • Nederland telde in 2020 1,1 miljoen zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers). Het gaat hierbij om personen waarvoor een werkkring als zelfstandige de hoofdbaan is. Hun aantal is de afgelopen jaren voortdurend gestegen. Tellen we de hier de mensen bij op waarvoor zzpschap een bijverdienste is, dan ligt dit aantal nog hoger. In 2019 hadden 1,6 miljoen personen inkomsten als zzp’er.
  • Eind maart 2019 waren 1,6 miljoen mensen aangesloten bij een vakbond, 101 duizend minder dan twee jaar eerder. Het ledental is sinds 1988 niet zo laag geweest. Vanaf 2009 is sprake van een dalende trend.

Door deze feiten op een rijtje te zetten, is meteen zichtbaar waar het knelt. Arbeidsvoorwaarden worden zowel centraal als decentraal geregeld door vakorganisaties als het gaat om werkenden. Hetzij in de SER, hetzij in cao’s. De huidige polder bestaat uit vertegenwoordigers van de politiek en de traditionele (grote) werkgevers, werknemers en ondernemers. Toch passen steeds minder mensen in deze overzichtelijke hokjes. Het aantal Modern Werkenden neemt toe. Voor een deel is dit een inhaalslag; de ons omringende landen kenden deze ontwikkeling al eerder.

Modern Werkenden
De overheid wil dat mensen flexibel zijn in hun werk, zich bijscholen, omscholen, voor hun werk verhuizen en werk combineren met mantelzorg. Bij de Werkvereniging noemen we dat ‘Modern Werken’. Werken in vrijheid in alle denkbare vormen. Alles bij elkaar zijn er zo’n drie miljoen Modern Werkenden. Natuurlijk mag geen mens in een werkvorm gedwongen worden. Maar de grootste groep Modern Werkenden kiest bewust voor flexibiliteit en vrijheid. In lijn met wat Hans Borstlap, voorzitter van de Commissie Regulering van Werk bedoelt, zegt de Werkvereniging (al voor Borstlap): onthok werkend Nederland en vernieuw ons verouderde poldermodel. Bied alle werkenden dezelfde sociale zekerheid ongeacht de contractvorm. Werkenden maak je niet wendbaar en weerbaar door ze in hokjes te stoppen maar door ze vrij over de arbeidsmarkt te laten bewegen met een vangnet dat aan hen gekoppeld is en niet aan de werkgever.

Verbreding draagvlak
Maar in plaats van aan te haken op deze trend in de samenleving, wil de overheid werkenden terugduwen in traditionele hokjes: in een onderneming mét personeel of in loondienst. Met freelancers, eenmanszaken, job carving en hybride werken weten ze zich geen raad. Het aantal mensen dat werkvormen combineert of afwisselt, groeit snel en zij herkennen zich steeds minder in de oplossingen die door de polder worden aangedragen. In plaats van ruimte te maken voor Modern Werkenden, zien we dat de overheid al jarenlang de reflex heeft om ook hen, zonder ze erbij te betrekken, in een baan te willen duwen. Dat is geprobeerd met de Flexwet, de wet DBA en de stigmatiserende term zzp’er (die geen enkele juridische grondslag heeft). Het maakt Modern Werken niet beter of aantrekkelijker, maar het verdwijnt er ook niet door. De koers van politiek en polder sluit dan ook niet aan op de onomkeerbare ontwikkelingen in de samenleving. Dat betekent niet dat die ontwikkeling stopt, maar wel dat het nog even duurt voor wet- en regelgeving erop aansluit. Zelfs Hans Borstlap zegt dat het vaste contract niet meer de norm moet zijn maar dat er een degelijk fundament moet komen voor alle werkenden. Stop daarom met het bedenken van etiketjes en regels die modern werken tegenhouden. Met het huidige lapwerk komen we er niet.

Om een arbeidsmarkt te creëren die werkt voor iedereen is het nodig om iedereen een plek te geven in de polder. Dus in gesprek gaan met de spelers in de vertegenwoordiging van werkgevers, werknemers, zelfstandigen en de politiek. Dat gesprek is breder dan de SER of cao-tafels. Inmiddels zijn er meer partijen die belangen vertegenwoordigen van werkenden maar die geen zitting hebben in de SER of aan die cao-tafels.
Uit het SER-advies uit 2013 Verbreding draagvlak cao-afspraken5 blijkt juist dat het noodzakelijk is om rekening te houden met nieuwe ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, zoals de toename van het aantal zzp’ers. “Door de individualisering zal de rol van zzp’ers, die als ondernemers in beginsel niet
onder de cao vallen, toenemen; dit zal van invloed zijn op de betekenis van de cao in de desbetreffende sector”.

Nieuw Sociaal Akkoord
Je weet als geen ander dat de traditionele polderpartijen met de Sociaal Economische Raad inmiddels hard werken aan een Sociaal Akkoord. Eerder hebben we een nieuw kabinet al gewaarschuwd dat een SER-akkoord slechts representatief is voor de traditioneel werkende werkgevers en werknemers.

De Commissie Borstlap wees er al eerder op dat de “verankering van de bestaande polderorganen in werkend Nederland niet voltooid is”. Daarom adviseerde de commissie om ruimte te geven aan een brede maatschappelijke alliantie. En ook de Kamermotie Tielen, die oproept om zelfstandigen een aan werkgevers en werknemers gelijkwaardige positie in de polder te geven, werd niet voor niets breed gedragen.

Echt sociaal is zo’n akkoord dus pas, wanneer ook de Modern Werkenden er invulling aan geven. De Werkvereniging, de belangenbehartiger van modern Werkenden, wil voorkomen dat het nieuwe kabinet dezelfde fout maakt als de twee vorige kabinetten. Wij willen de informateur adviseren om
een inclusief sociaal akkoord voor te leggen aan een nieuw te vormen kabinet. Doordat de vorige kabinetten te weinig oog hadden voor de behoefte van Modern Werkenden, miste het voorgenomen beleid telkens het draagvlak en de benodigde kennis om goed in te kunnen spelen op de behoeften van alle werkenden op een arbeidsmarkt in beweging. Hierdoor is de zzp-wetgeving 8 jaar op rij geflopt, is de wet DBA nog steeds niet vervangen door wetgeving die wel werkt, waardoor zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers in onzekerheid verkeren. Dat moet echt anders.

Burger Service Model
Juist op een flexibele arbeidsmarkt in crisistijd is het van belang dat alle werkenden flexibel en weerbaar zijn. Het is dan ook hoog tijd dat onze huidige structuren en voorzieningen zich op de wend- en weerbaarheid van alle werkenden richten. Wij willen dat alle werkenden zich verzekerd weten van een basis aan zekerheden die meebewegen met hun leven, hun werk en de keuzes die zij daarin maken. Daarvoor is een sociaal stelsel nodig dat zekerheden koppelt aan mensen in plaats van aan hun formele relatie tot de arbeidsmarkt. Een stelsel dat wederkerige flexibiliteit in combinatie
met zekerheid biedt en dat oog heeft voor individualisme en toch collectief kan zijn. Een stelsel dat opdrachtgevers en werkenden ook als gelijke burgers tegenover elkaar plaatst. De Werkvereniging noemt dit het Burger Service Model (BSM). Bij het Burger Service Model is de toegang tot verzekeringen, voorzieningen en opleidingsgelden losgekoppeld van werkgever, sector en contractvorm. Iedere burger die een bijdrage levert aan de
arbeidsmarkt, of dat nu in vaste dienst is of flexibel, draagt bij en krijgt daarmee toegang tot een stelsel van sociale zekerheden en voorzieningen. Tegenwoordig heeft iedereen een uniek Burgerservicenummer. Daarop wordt bijgehouden wat je per jaar verdient en hoeveel belasting je moet afdragen. De opbouw van de sociale verzekeringen en voorzieningen koppel je aan dit nummer. Dat is individueel en niet overdraagbaar; helemaal van jezelf. Mensen met vaste contracten kunnen mobieler worden zonder dat zij bang hoeven zijn om hun opgebouwde rechten te verliezen. Ook flexwerkers en zelfstandigen zonder personeel krijgen toegang tot collectieve sociale zekerheden waardoor het collectiviteitsvoordeel voor iedereen wordt vergroot en het risico voor de maatschappij verkleind (beroep op bijstand, werkeloosheid, wanbetaling etc.). En ondertussen verlost het de werkgevers van de starre zorglast die hen de flexibiliteit ontneemt.

Hou rekening met Modern Werkenden!
Modern Werkenden gaan niet weg. Wij zijn wendbaar, ondernemend en van grote meerwaarde voor de economie: wij zijn geen probleem maar de oplossing! Wij vragen dan ook dringend om in jouw opdracht om te komen tot een regeerakkoord rekening te houden met andere, niet-traditionele belangengroepen op de arbeidsmarkt die een steeds grotere groep vertegenwoordigen.

Uiteraard zijn wij meer dan bereid om tekst en toelichting te geven op de oplossingen die wij hiervoor zien.

Met vriendelijke groet,

Danielle van Wieringen
Voorzitter Werkvereniging

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *